Inleiding en leeswijzer

Voor u ligt de Bestuursrapportage 2023, hierna te noemen ‘Bestuursrapportage’. De Bestuursrapportage is onderdeel van de planning- en control cyclus en is een tussentijds verantwoordings- en bijsturingsinstrument voor de uitvoering van de Programmabegroting 2023. 

De raad heeft de kaders voor de Bestuursrapportage gesteld in de financiële verordening. In de Bestuursrapportage geven wij u een eerste inzicht in het te verwachten financiële en beleidsmatige beeld voor 2023. We doen dit door per programma de te verwachten beleidsmatige stand van zaken en financiële afwijkingen te vermelden naar de stand per 1 mei 2023. Het maakproces van de Bestuursrapportage heeft eind mei/begin juni plaatsgevonden, dus waar het mogelijk was zijn meer actuele inzichten meegenomen.

De beleidsverantwoording is per programma opgesteld in de volgende volgorde:

• De eerst W-vraag ( Wat willen we bereiken?) uit de begroting 2023, Voor de leesbaarheid is alleen de vraag herhaald. De toelichting uit de begroting is niet herhaald.
• De tweede W-vraag ( Wat gaan we ervoor doen ?). Voor de leesbaarheid is alleen de vraag herhaald. De toelichting uit de begroting is niet herhaald.
• Mijlpaal, waarmee het resultaat van de tweede W vraag concreter wordt geduid.
• De stand van zaken van de mijlpaal of tweede W-vraag (bij ontbreken van mijlpaal) worden ingevuld onder het kopje 'realisatie'. De realisatie wordt ook weergegeven met een kleuren groen (mijlpaal is behaald per 1 mei 2023), oranje (mijlpaal is nog niet behaald per 1 mei, maar wordt behaald in 2023) of rood (mijlpaal wordt niet gehaald in 2023). Indien meerdere mijlpalen zijn benoemd bij 1 2e W-vraag ( wat willen bereiken) dan geldt de vraag voor alle mijlpalen. Dus bij vier mijlpalen is het stoplicht alleen groen indien alle vier de mijlpalen zijn behaald voor 1 mei 2023, etc.

Zo bevat de tussentijdse rapportage een toelichting op afwijkingen van lasten en baten per taakveld groter dan € 50.000 en op afwijkingen met politieke relevantie. 

 

Bij de presentatie van de prognoses worden:

• Salarissen en inhuur ten laste van de loonsom op totaalniveau beoordeeld en de uitkomst bij programma 1 te verwerkt bij het taakveld 'overhead'. In bijlage 3 hebben we een nadere analyse opgenomen.
• Afschrijvingen en rente op totaalniveau beoordeeld en de uitkomst van de rente bij programma 1 verwerkt (het taakveld 'treasury') en de vrijval van de afschrijvingen zijn toegevoegd aan de stelpost kapitaallasten (taakveld overige baten en lasten).
• De mutaties in reserves en voorzieningen en uitgaven ten laste van reserves en voorzieningen gelijkgesteld aan de begroting, tenzij de afwijking nu al dermate duidelijk is of politiek relevant is om mee te nemen.

 

Per programma is een onderdeel opgenomen welke begrotingswijzigingen moeten worden gemaakt. Dit zijn significante wijzigingen over de programma’s heen en volume verhogende wijzigingen. Aangezien de prognose is gebaseerd op de financiële analyse over de eerste vier maanden maken we op voorhand geen begrotingswijziging van de gerapporteerde afwijkingen op het begrotingssaldo. De begrotingswijziging wordt vooral gemaakt voor grotere afwijkingen, waarvan met een redelijke mate van zekerheid is vast te stellen dat ze gaan plaatsvinden. 

 

In bijlage 2 is een actualisatie opgenomen van de investeringsplanning 2023-2027. In bijlage 4 is de uitkomst opgenomen van de analyse van de bestemmingsreserves. Gelet op de verwachte nadelen (TIM SV, migratie datacenter en inhuur) is beoordeeld of en welke bestemmingsreserves kunnen vrijvallen. 

 

De bedragen in deze begroting zijn weergegeven in duizendtallen, tenzij anders is aangegeven. Inkomsten zijn met een minteken (negatief) gepresenteerd. Uitgaven zijn positief gepresenteerd. Een gepresenteerd saldo of eindstand met een minteken is dus een voordelig saldo of eindstand. Een eindstand of saldo met een positief bedrag is een nadelig saldo of eindstand.